De afgelopen dagen:
- zei Roos “boertje” voordat ze er eentje liet.
- zei Roos “bek houden mama” toen ze naar de wenkbrauwen van mama wees.
- zei Roos “nog een haaltje” en houdt ze haar vinger bij haar neus omdat ze nog een verhaaltje wil voor het slapengaan.
- wil Roos met iederen Jan-Huigen-in-de-ton doen.
- vindt Roos het leuk om als papa daarna op de grond ligt op zijn buik te staan. En te springen.
- zoekt Roos de maan voor het slapengaan. En die is er dan niet, achter de wolken, ook slapen, of gewoon kapot.
- vindt Roos dat alles wat kapot is, dat papa dat moet maken.
- vindt Roos dat ze een mooi bed heeft. En daar mag niemand anders in.
- vindt Roos de WC ontzettend interessant, vooral om op te zitten. Meer niet.
- vindt Roos de kerseboom best mooi staan, ook buiten.