Vaste prik bij een bezoekje aan het kinderspeelpaleis Intratuin Nuenen: de vleesetende planten. Het is maar een hoekje op een van de tafels, waar een drie soorten tussen de varens en orchideën staan. Saar en Roos vinden ze magisch griezelig. 

Wel dé plant die ze graag mee naar huis wilden nemen. Zelfs de cactus met de opgeplakte oogjes kon er niet aan tippen. Ik gaf ze wel een vraag mee: Pas met een goede reden zou ik er eentje mee naar huis nemen…

En nu staat er dus een op de vensterbank in de keuken. In een flinke paarse pot om toch wat meer kleur te geven dan alleen groen. Het plantje is nog klein, alle mondjes zijn dicht. Ik ben uiteraard niet de enige wiens kinderen langs dat hoekje in de Intratuin lopen. Ondanks de waarschuwing dat de vangmondjes niet op ‘onnatuurlijke wijze’ dicht mogen gaan, waren ze uiteraard bij alle plantjes dicht.

Waarom koop je dan bloemen?

Roos had wel een paar vragen voor mama toen ze wist wat de plant deed met die mondjes. Naast muggen en vliegen worden dus ook wel eens bijen gevangen. En die vindt mama niet zo fijn. Wespen nog minder. Blinde paniek bij een bzzz in de buurt.

En dus moeten we wel een vleesetende plant hebben. Om die vliegbeesten te vangen, mochten ze eenmaal binnen zijn. Want mama koopt wel eens bloemen. En dat is raar, volgens Roos. Want op bloemen komen die vliegbeesten af. Op zich goed, zeker die bijen, want die maken honing en daar leven mensen van.

Maar waarom dan naar binnen lokken? Ze was benieuwd wat de uitleg daarvoor van mama was voor bloemen op tafel. Want binnen wil je die bijen niet hebben. Ook geen muggen, wespen en libelles. En daar is dus die vleesetende plant voor. Nu zijn we veilig, ondanks dat die plant best spannend is.

Vooralsnog staat hij muisstil in de keuken, maar ik heb nog geen vliegbeest gezien.
Goei poeier, zou Urbanus zeggen.